Kaart

Kaart

woensdag 24 mei 2017

Werkbezoek




Na het zaaien en wieden is er nu wat tijd voor andere werkzaamheden en hebben we, met Pastory en Vitus mijn landbouwcollega’s, een paar werkbezoekjes gebracht.

Vorige week zijn we naar de landbouwvoorlichter voor dit gebied geweest om zijn farm te bekijken. Hij woont in Chonga ongeveer 20 km hier vandaan en heeft daar ongeveer 20 acre mais gezaaid. Alles is met ossen  geploegd en met een klein zaaimachientje achter een os ingezaaid. Wel volgens alle regels bemest. Het zag er allemaal goed uit en hij was ook best trots op het resultaat.

Afgelopen maandag hebben we ook voor de eerste keer Katembo bezocht: een heel kleine missie post zo’n 100 km van Kilangala die onder dezelfde organisatie valt als Kilangala. De missiepost, met een klein kinderhuis en kleuterschooltje (drie kinderen en één kleuterklas) zag er heel mooi uit en wordt duidelijk op een zeer betrokken manier gerund. De kleine farm wordt op een biologische manier bebouwd volgens de regels van “Farming Gods Way”. Een, volgens mij, nogal pretentieuze naam van een project dat biologisch/organische landbouwmethoden propageert, waar ik in Malawi ook al kennis mee had gemaakt. www.farming-gods-way.org  Het werkt wel, zeker op de schaal van de kleine missie als Katembo. De mais zag er heel goed uit. Alles schoon en netjes en de zonnebloemen werden al geoogst toen wij er waren.

Wat een beetje tegenviel was het bijenproject. We hadden gehoord dat er bijen gehouden werden, maar dat bleek om maar één kast te gaan. Verder was er wel een project in de buurt opgezet door de overheid, TASAP. 18 kasten waarvan er één ’s nachts door een das was leeggeroofd.
Pastory kon als amateur imker nog een paar goede adviezen geven en we gaan zeker kijken of in Kilangala ook nog iets met bijen gedaan kan worden. Pastory heeft me daar een potje heerlijke honing gegeven van de ene kast die hij nu heeft.


Al met al een nuttig en leerzaam bezoekje waarbij we zeer hartelijk werden ontvangen. Het stimuleerde ons om de volgende dag weer ijverig verder te  gaan met de eigen composthoop.

We gebruiken daarvoor allerlei organisch materiaal, blad, gras, zaagsel van de timmermanstraining, maar voornamelijk mest van de koeien van de missie. Het werk gaat goed en we schatten volgend jaar tenminste 5 acre met eigen organische mest te kunnen bemesten. Bij het werk aan de compost valt me op hoe weinig beestjes er in de mest zitten. Ik heb nog geen worm of mestpier gezien. Wel een aantal supergrote ‘engerlingen’ 10 tot 15 cm grote larven van wat een enorm insect moet worden.


Voor de compost en om de weiden wat te verbeteren zou af en toe maaien heel goed zijn. De maaimachine voor achter de trekker is stuk gegaan en niet goed gerepareerd. Een passend mes krijgen valt nog niet mee, maar we zijn er mee bezig. Ik dacht dat een bosmaaier wel een praktische aanvulling zou kunnen zijn. In Laos had iedereen die een stukje land had ook een bosmaaier. Hier volkomen onbekend. In Sumbawanga zijn we erop uit geweest met een print en een foto op de telefoon, maar niet verder gekomen dan een elektrisch gazon maaiertje. Dat leek me minder praktisch. Uiteindelijk via internet wel een leverancier in Dar es Salaam gevonden, maar erg duur en hoe krijg je een bosmaaier van Dar naar Kilangala? Nog maar even een beslissing daarover uitgesteld.

Verder ben ik bezig met het projectontwerp om ook hier op ongebruikt land boompjes te planten. Dat heeft al een leuk contact met de Moravische kerk in Sumbawanga opgeleverd, die ook een boomplant project hebben. De brandhout consumptie is hier ook erg hoog en er is niet veel aanplant en als er al wat wordt aangeplant is het Eucalyptus. Er is wel een mooi boomkwekerijtje in Sumbawanga en een onderwijzer van de kleuterschool hier heeft ook wat bomen gekweekt bij zijn huis. Het lijkt er dus op dat zaailingen geen probleem gaat zijn. Nu nog even alle voors en tegens afwegen en een voorstel schrijven en proberen daar wat geld voor te krijgen.

zaterdag 6 mei 2017

Jubileum


Vorige week maandag werd het 50 jarig bestaan van de Kilangala missie op grootse wijze gevierd. Het was ook de laatste draaidag van een filmploeg die een reportage over de missiepost maakt.

Kilangala werd in 1965 gesticht door Trijntje Beimers uit St. Annaparochie. Ze was toen al sinds 1953 werkzaam in Tanzania. Ze kwam dus nog met de boot en arriveerde in de koloniale tijd want Tanzania werd in 1961 onafhankelijk. De missiepost bestaat uit een evangelisatieafdeling; Nuru (Swahili voor licht), die een Swahili nieuwsbrief produceert en distribueert, een kerk en een bijbelschool. Maar er is ook een weeshuis met 15 kinderen, een ziekenhuis, een lagere- en kleuterschool, een vakopleiding voor ongeveer 30 leerlingen en een boerderij.


Het jubileum werd groots gevierd en dat heeft hier nogal wat voeten in de aarde. Er wordt eerst een comité samengesteld van ongeveer 15 sleutelfiguren uit de gemeenschap. De missiepost is natuurlijk ook gewoon een dorpsgemeenschap. ’s Morgens na de morgenbijeenkomst werd er vergaderd. Drie honderd gasten werden er verwacht, er moest nogal wat geregeld. Het budget was natuurlijk, zoals altijd, nogal krap. Enkele dagen tevoren werd aan een erepodium gebouwd en het feest terrein werd met een hek afgebakend. Hier werd heel hard gewerkt door de leerlingen van de vakopleiding, die daar zitten om timmerman, loodgieter of elektricien te worden. Het bouwmateriaal, de bloeistengels van de agave, werd uit de sisal omheiningen op de boerderij gehaald. Er kwamen ook afdakjes met zeilen om schaduw te geven aan de bezoekers, de kinderen van het weeshuis en de eregasten.

Als onderdeel van de missiepost leek het gepast om, als SOLKO, een koe ter beschikking te stellen zodat er ook wat vlees zou zijn. Die werd de dag tevoren geslacht. De maaltijd was uitgebreid en voor iedere genodigde. Er werd zeker 50-60 kg rijst gekookt. Die rijst werd op zondagmiddag door vrouwen uitgezocht: er zitten soms kleine steentjes in!

En alle groentes zoals bonen, wortels, aardappels en kool, ook uit onze tuin, erwtjes, alles in enorme hoeveelheden moesten schoongemaakt en gesneden worden. Felice en ik konden ons nuttig maken bij het doppen van de erwtjes en het schillen en snijden van de 10 kg wortels. ’s Morgens heel vroeg op de dag van het feest werd met koken begonnen. Tijdens het eten was er voor iedereen een flesje prik.

Het feest zelf begon met een intocht van iedereen die op de missiepost werkt en alle schoolkinderen. Iedereen had een nieuw T-shirt gekregen en zag er dus prima uit. Wij namen plaats op het podium tussen de officiële genodigden en de staf van de missie. Dorpen uit de omgeving hadden een afvaardiging gestuurd met een zanggroep of  traditionele dansers.

Natuurlijk was er ook een optreden van het kerkkoor en waren er de nodige speeches en aandacht voor de geschiedenis van de missiepost. Hoogtepunt vond ik wel het toneelstuk waarin het leven van Trijntje Beimers, die in 2006 hier overleed, werd verbeeld. Alles heel levensecht en vol humor met fietsen, typemachines en een echte ambulance op het speelveld. Prachtig, echt heel mooi als je op zo’n manier herdacht wordt.

De filmploeg, die de volgende morgen zou vertrekken bood alle vijf hoofden van de missie afdelingen twee grote groepsfoto’s van het missiepersoneel aan. Die kunnen dus in ieder kantoor opgehangen.

Zoals te doen gebruikelijk liep het programma nogal uit, maar de dag werd afgesloten met een voetbalwedstrijd die net voor het donker uitgespeeld kon worden. ’s Avonds werd de geluidsinstallatie en het podium nog gebruikt voor een disco voor de jongelui.

De volgende morgen was het natuurlijk opruimen geblazen. Alle geleende materialen, stoelen, zeilen, doeken, servies en noem maar op werden terug gebracht. Het podium bleef staan, maar al het andere materiaal kreeg een nieuwe bestemming. Toen het werk zo’n beetje gedaan leek vertrok ik, maar ik werd al gauw weer teruggehaald om voor het organisatie comité te verschijnen. De voorzitter zei dat onze hulp zeer op prijs werd gesteld en wilde dat uitdrukken door ons nog wat lekkere saus en een flesje Cola en Mirinda aan te bieden. Toen ik later terug kwam met de lege pannetjes en flesjes was de evaluatievergadering van het comité nog volop aan de gang. Voor ons het eind van een geslaagd jubileum en het prettige gevoel dat we daar ook ons steentje aan hebben kunnen bijdragen.